Magazine

Wim en Anka Kuypers

Veertig jaar stond Wim Kuypers jr. aan het roer van het bedrijf. Zijn leven bestond echter niet alleen uit ‘de zaak’. Want thuis was er ook nog een gezin, met echtgenote Anka en hun drie kinderen Bas, Aukje en Klaartje. Hoe zij deze twee werelden combineerden, vertellen ze in dit jubileumjaar aan hun eigen keukentafel.

Wim ging in 1966 in het bedrijf van zijn vader (Wim Kuijpers sr.) aan de slag. “Ik kwam vers van de hts, had mijn laatste jaar net afgerond”, vertelt hij. “Mijn vader was enkele maanden eerder overleden. Ik had destijds al besloten dat ik het bedrijf in wilde, al heeft mijn vader me altijd vrij gelaten in mijn keuzes. Omdat hij wist dat zijn gezondheid broos was, had hij – realistisch als hij was – al een extern bedrijfsleider geworven om de bedrijfscontinuïteit te garanderen. Ook had hij een Raad van Commissarissen ingesteld. Dat was best bijzonder voor die tijd. Zeker voor een bedrijf met ‘slechts’ vijftig medewerkers.” Wim werd in het bedrijf van zijn vader op 21-jarige leeftijd verantwoordelijk voor de commercie.

Zus van een vriend

Wim en Anka kenden elkaar destijds nog niet, vertelt het koppel. Anka: “Ik studeerde fysiotherapie in Amsterdam. De wereld van techniek was dus niet bepaald de mijne.” Toch kruisten hun wegen elkaar, met dank aan de broer van Anka die een goede vriend was van Wim. De rest is historie: Anka en Wim trouwden in 1974, gingen in Deurne wonen en werden de trotse ouders van drie kinderen.

Gespitst op commerciële kansen

Zakelijk timmerde Wim ondertussen aan de weg. Kuijpers bleef groot in cv-installaties, deed al het een en ander aan luchtbehandeling en meet- en regeltechniek en was wereldberoemd in Helmond en omstreken. Kloosters, scholen, zorg, bedrijven en industrie prijkten op de klantenlijst. Daar kwamen al snel nieuwe klanten bij. “Eén van de eerste opdrachtgevers die we toen binnenhaalden, was een bejaardencentrum in Helmond”, weet hij nog. “Met dank aan mijn broer Pieter trouwens, want die had daar al contacten mee.” Ook kreeg Wim voet aan de grond bij grote uitbreidingen van psychiatrisch ziekenhuis Huize Padua in Boekel (een bestaande klant) en de Helmondse textielfabrieken. Nadat de Raad van Commissarissen hem in 1972 benoemde tot algemeen directeur bleef Wim gespitst op commerciële kansen. “Mijn ambitie was om ook buiten Zuidoost Brabant klanten aan te trekken.” Dat lukte. En het ging niet om de minste namen: Océ, Xerox, Philips, DAF… Ook de eerste overname, in Zevenbergen in 1972, kon Wim op zijn conto schrijven. “Terugblikkend zou je kunnen zeggen dat dit eigenlijk de eerste strategische keuze is geweest om het bedrijf landelijk te laten groeien”, knikt hij.

Het gezin centraal

Binnen het bedrijf gebeurde er van alles. Maar thuis was ‘de zaak’ niet vaak onderwerp van gesprek. Dáár stond het gezin centraal. Anka: “Ik heb me nooit met het bedrijf bezig gehouden. Toen we net waren getrouwd, heb ik nog als fysiotherapeute gewerkt. Tot Bas kwam. Heerlijk, zo’n baby’tje.” In de jaren erna verwelkomden Wim en Anka twee dochters: Aukje en Klaartje. Samen met Wim stimuleerde ze de kinderen om te sporten, muzikaal bezig te zijn en vooral te doen wat ze leuk vonden. “En thuis was ‘de basis’. Ze kwamen nooit thuis in een leeg huis”, weet Anka nog. “Ik denk dat onze kinderen een heel fijne, onbezorgde jeugd hebben gehad.”

De factor ‘geluk’

De jaren vlogen voorbij. “Toen onze kinderen tieners waren, was het credo: ‘Kies je eigen toekomst. Doe wat bij je past. Wil je een rol in het bedrijf? Dan kan ook dát.’” Zo kwam ‘de onderneming Kuijpers’ toch af en toe ter sprake, aan de keukentafel. “Met Anka als gespreksleidster”, weet Wim nog. Een prima rolverdeling, vonden ze beiden. Want waar Wim goed kon uitleggen wat een rol in het bedrijf zou kunnen betekenen, hield Anka de factor ‘geluk’ in het oog. “Ik wilde vooral dat de kinderen iets kozen waarvan ze gelukkig zouden worden. Dat heb ik zelf ook altijd gedaan. Zo is mijn hart voor de zorg altijd blijven kloppen: toen de kinderen groter werden heb ik bijvoorbeeld nog parttime als fysiotherapeute gewerkt met verstandelijk gehandicapte kinderen. Ontzettend leuk. Ook volgde ik tal van cursussen, van manuele tot energetische therapie.” En met een knipoog: “Zo deed ik toch iets met ‘energie’.”

Opa en oma

Wim ging in 2009 formeel met pensioen. Daarna stond Kuijpers vijf jaar lang onder leiding van Ton Stuifzand. Aukje Kuypers nam daarna het stokje van Ton over. Wim: “Ikzelf ben sinds mijn pensionering commissaris bij Kuijpers. Of ik die dagelijkse leiding mis? Nee, ik heb een jaar of vijf, zes naar mijn afscheid kunnen toegroeien. Verder zit ik nog steeds in besturen van allerlei verenigingen en organisaties. Ik heb nog genoeg te doen.” Dat kan Anka beamen. “Hij heeft niet voor niks nog een secretaresse”, lacht ze. “Hij heeft het nog druk. En we zijn inmiddels ook opa en oma”, wijst ze naar kleurrijke tekeningen van de kleinkinderen aan de muur.

In hoofden en harten

Wim kijkt met genoegen terug op het verleden, “op de gezonde groei en op onze landelijke, stevige marktpositie. En ook op onze medewerkers. Generaties lang hebben we al mensen aan boord die hun vak verstaan, die leergierig zijn en die ‘Kuijpers’ in hoofden en harten hebben zitten.” Dat zie je ook aan Kuijpers’ eigen Seniorenclub De Ontluchter. Medewerkers die bij Kuijpers stoppen met werken rond de pensioenleeftijd mogen lid worden. Of ze er nu twee jaar of 45 jaar hebben gewerkt. Anka is op verzoek van deze club beschermvrouwe van de senioren geworden. In die rol houdt ze contact met hen en hun families. “De seniorenclub is het beste promotieteam dat je kunt hebben”, vat ze samen.


‘t Schooltje

’t Schooltje. Zo werd Kuijpers genoemd. Wim: “Dat komt nog uit de dertiger jaren van de vorige eeuw. Jongens van 13, 14 jaar kregen bij mijn opa én zijn zoons – waaronder mijn vader – de kans het vak te leren. Monteurs maakten daar gewoon tijd voor. Daar stonden we om bekend. Mooi toch? Onze hele bedrijfshistorie lang vonden we ‘opleiding’ al belangrijk, daar is tot op de dag van vandaag geen verandering in gekomen.”

Met de bakfiets

‘Even met de bus naar een werk rijden’, was er 75 jaar geleden niet bij. Er waren wel bedrijfswagens, maar lang niet alle monteurs hadden er eentje. Voor het nodige vervoer stonden hen wel bakfietsen ter beschikking. Maar elke dag twee uur heen en twee uur terug op de pedalen, met zware materialen als bagage, was gekkenwerk. Monteurs van Kuijpers bleven daarom vaak overnachten bij de opdrachtgever. Zoals bij de zusters in Budel, Kerkdriel en zelfs in het vlakbij Helmond gelegen Sterksel. Dat was destijds allemaal heel gewoon.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details